Is dit boekje noodzakelijk? Naast alle andere boeken en boekjes die varen als onderwerp hebben? Het antwoord hangt af van wie het zich afvraagt. Wat ik uit eigen ervaring wel weet, is dat er in het leven van elke schipper altijd situaties voorkomen waarin je het even niet of niet precies weet en waarin je je even achter de oren moet krabben. Over dit soort momenten gaat dit boekje.
Toen ik na een werkzaam leven als docent en onderwijskundige en na veel omzwervingen op het water uiteindelijk aanspoelde in Moddergat, ben ik op kleine schaal cursussen Klein vaarbewijs gaan geven. Om de cursisten verwerkingsstof aan te bieden, maakte ik casussen. Een aantal daarvan zijn gepubliceerd in regionale kranten en op diverse grote watersportfora.
Dit boekwerkje bevat 36 van die casussen. Soms zijn ze afgeleid uit problemen die cursisten ervoeren tijdens de cursus en bij het maken van examens. Soms zijn ze gebaseerd op praktijksituaties en soms aangereikt door andere watersporters.
Elke casus bestaat uit vier onderdelen. Een vaarsituatie, de beschrijving van het probleem met een vraagstelling, een mogelijk antwoord of oplossing en een verdieping met uitleg. De meeste casussen zijn samengestelde casussen, dat wil zeggen dat er binnen een situatie meerdere onderwerpen of regels van het BPR aan de orde komen. De casussen gaan vergezeld van illustratieve situatieschetsen.
Het doel van dit boek is, naast het delen van kennis, bij te dragen aan het vergroten van het wederzijdse respect van alle vaarders.
John Coenders, Moddergat, september 2021
Het boek kost € 14,99 en is te bestellen via de webshop van
uitgeverij Wijdemeer in Dokkum. Bestel nu
Voorbeeldcasus “de beste stuurlui staan aan boord”
Vraag: Hoe vaar je deze box uit?
Motorboot A heeft overnacht aan Steiger 1. Bij het invaren de avond ervoor was de wind Zuidoost, matig.
Gedurende de nacht is de wind iets gekrompen en matig tot krachtig.
Het motorschip heeft een rechtsdraaiende schroef.
Antwoord
Er zijn zoals in elke vaarsituatie verschillende opties.
De moeilijkheid in deze situatie is echter dat zodra de landvasten los worden gegooid het schip op de wind wegdrijft naar steiger 2. Een ander probleem is de rechtsdraaiende schroef. Het schip zal bij achteruitslaan naar bakboord willen trekken.
Het is dus zaak om het achterschip zo lang mogelijk bij steiger 1 te houden, tot het moment dat het schip met zijn achterkant in de wind ligt. Vervolgens kan er verder achteruitgeslagen worden.
Het achterschip bij steiger 1 houden gebeurt met de achterspring die langzaam opgevierd kan worden voor zover nodig en voor zover ruimte aan de overkant.
Het is zaak de fender die het schip vrij van steiger 1 moet houden horizontaal op te hangen of flexibel te houden. Een bemanningslid werkt dan met de fender.
Eenmaal in de sloot kan er achteruitgeslagen worden met het roer in bakboord en de wind schuin van achter op de Stuurboordkant
